zondag 8 mei 2011

Aaseters

Met het stijgen van de temperatuur zijn ook de mieren weer tot leven gewekt. Deze diersoort komt in werkelijk gigantische aantallen in de bossen voor. Tijdens een wandeling van slechts een kwartier kun je met gemak honderden mierenhopen tellen. Sommigen daarvan zijn wel een meter hoog. En als je een poging wilt doen om de mieren zelf te tellen, dan is één blik op de grond voldoende om je van dat voornemen af te brengen. Het is zoiets als sterren aan het firmament, maar dan de overtreffende trap daarvan. Als het windstil is, dan kun je de grotere mierenhopen zelfs op het gehoor vinden. Zoveel geluid brengen de honderdduizenden - laat ik er maar eens een voorzichte gooi naar doen - mieren die daar bij die ene enkele hoop rondkrioelen namelijk voort.

De mieren hebben in de natuur een belangrijke functie, namelijk die van opruimers. Deze aaseters zorgen er voor dat de restjes welke roofdieren en andere aaseters achterlaten, verdwijnen.

Vanmiddag volgde ik uit nieuwsgierigheid een grote stroom mieren, om uiteindelijk bij de kop van een muis uit te komen. Zoals je op onderstaande video kunt zien, waren de mieren waren druk bezig om de laatste resten van het knaagdier soldaat te maken en zodoende op te ruimen. Als je goed kijkt (dat moet je maar willen bij zo'n onsmakelijk filmpje), dan kun je de tanden, de snorharen en het ooggat van de muis nog duidelijk onderscheiden.