De Zweedse elandenstam bestaat - naar beste schatting - in totaal uit zo'n 300 tot 400 duizend exemplaren. In de herfst, vlak voor de jaarlijkse jacht, is de stam het grootst, om vervolgens aan het einde van de winter op haar kleinste omvang uit te komen. En al deze elanden - het verschil tussen stier, koe en kalf daargelaten - lijken op elkaar. Het zijn enorm grote beesten en ze zijn allemaal (rood-, grijs- of zwart-) bruin. Of toch niet?
Nee, toch niet. In het noorden van Värmland komt er een klein aantal witte elanden voor. Schattingen variëren van een tiental tot enkele tientallen. Het betreft overigens echte witte dieren, dus geen albino's oftewel pigmentloze beesten. Tot nu toe heeft de wetenschap geen verklaring voor het bestaan van deze buitenbeentjes in de Zweedse elandenstam.
Een ontmoeting met een witte eland is dan ook zeer bijzonder en het op zo'n moment bij de hand hebben van je fotocamera nog meer. Vanochtend had onze vriend Magnus dat geluk en hij was bovendien zo aardig om ons één van zijn foto's ter beschikking te stellen.
Een ontmoeting met een witte eland is dan ook zeer bijzonder en het op zo'n moment bij de hand hebben van je fotocamera nog meer. Vanochtend had onze vriend Magnus dat geluk en hij was bovendien zo aardig om ons één van zijn foto's ter beschikking te stellen.
Witte eland. Foto: Magnus Lövgren. |